Spreker: | prof.dr. Marc J.E.C. van der Maarel |
Datum: | 10 december 2015 |
Aanvang: | 20:00 uur |
Locatie: | Sociaal Cultureel Centrum ‘t Clockhuys, Brinkhorst 3, Haren |
Samenvatting
In de zoektocht naar hernieuwbare brandstoffen hebben algen erg in de belangstelling gestaan. Algen gebruiken net als planten zonlicht en kooldioxide en leggen geen beslag op vruchtbare landbouwgrond. Sommige soorten kunnen tot wel 60% bestaan uit lipiden, welke omgezet kan worden in glycerol en vetzuren, de grondstof voor biodiesel. Er zijn echter nog enkele forse hindernissen te nemen voordat algenteelt voor biodiesel productie op grote schaal rendabel is. Daarnaast heeft de goedkope productie van schalieolie en schaliegas de belangstelling voor algen danig doen afnemen. Door de relatief lage opbrengsten en hoge kosten is momenteel enkel de productie van algen als eiwitsupplement in diervoeding en de winning van fotopigmenten als natuurlijke kleurstoffen uit algen rendabel.
Mijn onderzoek richt zich op inhoudsstoffen van rode microalgen. Deze relatief primitieve, evolutionair gezien zeer oude algen komen voor aan de rand van geisers en heet water bronnen bij een zuurgraad van twee en een temperatuur van 45 tot 65oC. Het zijn de enige eukaryoten, dat zijn organismen met een celkern, die bij deze extreme omstandigheden kunnen leven. Rode microalgen zijn relatief gemakkelijk te kweken en kunnen zowel autotroof op licht en lucht als ook heterotroof op organische verbindingen zoals glucose of glycerol groeien. In deze lezing zal ik ingaan op de productie en mogelijke toepassingen van drie verschillende inhoudsstoffen van rode microalgen: phycocyanine, een blauw fotopigment dat als natuurlijke kleurstof gebruikt kan worden; hoog vertakt glycogeen dat in sportdranken en klinische voeding toegepast zou kunnen worden; floridoside, een monosaccharide gekoppeld aan glycerol, dat mogelijk in cosmetische producten als vochtregulator gebruikt zou kunnen worden maar ook mogelijk immuun stimulerend is.
Loopbaan Marc J.E.C van der Maarel
Studie biologie met specialisatie in de microbiologie en biochemie aan de Radbouduniversiteit Nijmegen. Promotie in de microbiologie (Rijksuniversiteit Groningen) in 1996, enkele jaren verbonden aan de RUG als junior universitair docent, daarna 9 jaar gewerkt bij TNO Voeding/Kwaliteit van Leven in Groningen en Zeist als onderzoeker en projectleider. Daarna drie jaar gewerkt bij AVEBE Food Innovation Center als manager product and application development en sinds 2012 hoogleraar aan de RUG. Van 2006 tot en met 2011 bijzonder hoogleraar in de koolhydraat bioprocessing aan de RUG. Tegenwoordig bekleedt hij de functie van hoogleraar aquatische biotechnologie en bioproduct engineering bij het Engineering and Technology Institute Groningen aan de RUG.